- 1 kilo aardappels (niet vastkokend)
- 300 gram bloem
- 1 ei
- 500 gram gepelde tomaten
- 100 gram geraspte Parmigiano (parmezaanse kaas)
- 500 gram boter
- 1 ui
- 1 stronk selderij
- 1 wortel
- 50 gram spek
- 200 gram rundergehakt
- 1 laurierblad
- wat rode wijn
- nootmuskaat
- olie
- zout
- peper
- Begin met de gnocchi. Kook de aardappels in de schil. Als ze gaar zijn de schillen eraf halen en gelijk doordrukken en op het werkblad laten vallen. Voeg de bloem, ei, en de geraspte nootmuskaat toe. Zouten en goed kneden totdat het deeg luchtig en homogeen is en het niet meer aan de handen blijft kleven. Voeg eventueel nog wat bloem toe. Verdeel het deeg in stukken en maak er rolletjes van met de handpalm zodat ze eruit zien als lange stokjes. Snijd de stokjes in kleine stukjes, bestrooi ze met wat bloem en rol ze voorzichtig één voor één met de duim over een kaasrasp zodat er een holletje in ontstaat en een tekening op de rug.
- Begin hierna met de ragù. Snipper de ui, de wortel, de selderij en de spek. Neem de helft van de boter en een paar lepels olie en fruit hierin de groenten en de spek. Voeg het gehakt toe en braad het aan op hoog vuur. Blus af met de wijn en laat het geheel inkoken. Voeg hierna de tomaten en het laurierblad toe en laat het een uurtje op laag vuur sudderen. De gnocchi in 3 of 4 keer koken, (niet allemaal tegelijk in het water gooien) in ruim kokend zout water. Zo gauw ze aan de oppervlakte komen uit het water scheppen. Verdelen over de borden. Ragù toevoegen, met de Parmigiano bestrooien en een klontje boter toevoegen.
Buon appetito!!